Poggio Castagno Brunello di Montalcino DOCG

De geschiedenis van de familie Piccini begint in 1882 wanneer Angiolo Piccini samen met zijn vrouw een klein domein koopt van 7ha te Poggibonsi en er wijn begint te maken. De volgende generaties nemen zijn levenswijsheid over : “Het is niet hoeveel je doet, maar met hoeveel passie je iets doet, wat telt.” Mario Piccini neemt de fakkel van zijn vader over in 1925 en leidt het bedrijf door de grote depressie en de oorlog. Zijn grote verdienste is om te starten met export. Na zijn dood neemt zijn zoon Pierangelo het roer in handen. De familie bezit op dat moment ongeveer 150 hectare wijngaarden. Pierangelo besluit om de focus niet enkel op Chianti te houden maar ook andere wijnen te produceren. Vandaag leiden zijn kinderen Mario en Martina Piccini het bedrijf. Ze behoren tot de grootste producenten in Toscane. Met meer dan 400ha wijngaarden in eigendom of onder contract, staan ze garant voor 12% van de totale Chianti productie. 90% daarvan is bestemd voor export naar meer dan 72 landen.

Poggio Castagno is het domein van de familie in Montalcino. De befaamde Brunello dient immers in het oorsprongsgebied zelf op fles te gaan.

De druiven voor de Brunello di Montalcino komen van de eigen wijngaarden. Ze zijn gelegen op een hoogte van 350 meter en genieten zo van de koele zeebries die vanuit Maremma komt. De bodem bestaat hoofdzakelijk uit kalksteen vermengd met klei. Het rendement bedraagt maximaal 7 ton per ha.

De druiven worden bij optimale rijpheid handmatig geplukt. Na ontrossen worden de druiven geperst met pneumatische persen. De gisting gebeurt in roestvrijstalen tanks bij een temperatuur van 25-28°C en duurt een 20-tal dagen. Na gisting rijpt de wijn gedurende 20 maanden in eiken vaten van 2500 liter, 4 maanden in kleine eiken vaten, 24 maanden in tank en uiteindelijk 6 maanden op fles, dit alles volgens de strikte regels van de DOCG.